Beste bloglezer,
Ik heb nu al een hele periode kunnen
proeven van het lager onderwijs en wou graag eens de vergelijking aangaan met
het secundair onderwijs hier in de stad. Raggie nam me maandag mee naar de
Graaf Von Zinzendorf MULO- school. We werden hartelijk ontvangen door het
schoolhoofd en hadden een interessante babbel over de onderwijsverschillen tussen Suriname en
België. Daarna liet ze me kennismaken met enkele leerkrachten in de
lerarenkamer. Ik schudde ook de hand met een tekenleerkracht waarvan ik enkele
lessen mocht observeren. Het verschil met de lagere school is enorm. Er was weinig structuur of discipline aanwezig. Leerlingen lagen te slapen, anderen
hadden geen materiaal bij of liepen een beetje rond om anderen te irriteren. Jongeren die echt zich wilden inspannen konden zich niet ten volle ontplooien en dat vond ik jammer. Dit had ik niet echt verwacht. Ik heb natuurlijk maar enkele lessen gezien en kan dus niet oordelen over de andere klassen of vakken. De tekenleerkracht had de leerlingen niet echt in de hand en de lessen ontspoorden soms volledig.
Ik stopte mijn observatieschrift weg en begon haar les met hulp te ondersteunen.
Ik probeerde de leerlingen te motiveren en te stimuleren om de perspectieftekening
zo goed mogelijk af te werken. Niet met al te veel succes, maar kleine beetjes
helpen. Volgende week ga ik nog eens terug om een paar andere lessen te bekijken. Ik zou er ook graag eens lesgeven. Nu maandag zal ik dan ook vragen om een lesdag te prikken. Ik vind het wel heel boeiend om eens geconfronteerd te worden met een heel andere manier van lessen. Zo word ik even wakker geschud en me er van bewust gemaakt dat het niet overal even mooi kan zijn.
Dinsdag gaf ik in de vierde klas
aardrijkskunde. Ik gaf les over de windvorming. Ik link daar dan ook graag een les plastische opvoeding aan dit onderwerp door ze volgende week allerlei spullen mee te laten nemen om een eigen vlieger te maken. Zo werk ik toch projectmatig en vakoverschrijdend. Het is moeilijk om zoals bij ons in projecten te werken omdat ze in de lagere school altijd denken in afzonderlijke lessen. Toch probeer ik altijd mijn best te doen om mijn lessen aan elkaar te linken. Ik vind het dan ook totaal niet erg dat ik nu in het lager onderwijs moet lesgeven. Het is iets volledig anders dan het secundair, maar het vormt wel de basis voor leerlingen die naar het middelbaar gaan. Op die manier kan ik ook zien waar de knelpunten zitten tussen de overgang lager - secundair. In het begin was het wel echt niet gemakkelijk omdat ik totaal niet wist wat de leerlingen al gezien hadden en wat ze op welke leeftijd aanleren. Nu, een maand later, kan ik me er al een veel beter beeld over scheppen.